maandag 29 april 2013

Oranje

We kunnen er niet omheen. Morgen is het k(r)oninginnedag. Hoewel de oranjegekte ondertussen mijn neusgaten uitkomt ga ik jullie er ook nog mee vervelen. Voor een land waarvan het kabinet, met een duur woord de volksvertegenwoordiging, al jaren discussieert over de positie van ons koningshuis, zijn wij de laatste weken opeens wel verdacht koningsgezind.

Mijn brievenbus en mailbox kleuren oranje door alle vele soorten folders, flyers, krantjes en andersoortige publicaties. Ik zou mij compleet in het oranje kunnen kleden, áls ik dat zou willen. ALS!

Oranje bh’s met bijbehorende slips, oranje flipflops, oranje korte of lange broek en voor de twijfelaars een afritsbroek. Liever een rok? Kan natuurlijk ook; van Veluwe-lang tot tennismeisjes-kort en alles daartussenin. Iedere zichzelf respecterende drogisterij verkoopt momenteel T-shirts met opdrukken en leuzen afkomstig uit een brainstormsessie van een Haagse kleuterklas. Natuurlijk maken een leuke sjaal, kekke zonnebril en een of ander decadent hoofddeksel de oranje outfit compleet.

Natuurlijk decoreren wij ons huis, binnen- en buitenkant met diverse oranje spullen. Kroonwisselingsvlaggen, dekbedovertrekken met de afbeelding van ons kersverse koningspaar, gebaksschoteltjes met bijpassende vorkjes en zo zou ik nog wel even door kunnen gaan.

Hongerig geworden door het oranje-shoppen? Duik de supermarkt in. De hoop dat de oranjegekte de levensmiddelenindustrie overgeslagen heeft mag je daar voor de deur laten varen. Je kunt deze dagen alle maaltijden, tussendoortjes en drankjes in het oranje krijgen. Ontbijten met oranje bolletjes belegd met oranje kaas. Daarbij een kop koffie uit een speciale oranjeverpakking. Rond tienen een oranjesoes (wat is er gebeurd met de échte chocola die om een slagroomsoes hoort?) met een kopje koningsthee. Lunchen met oranjesalade op kroonvormige broodjes, een glaasje koninklijke sinaasappelsap, geperst van de echte appeltjes van oranje. Rond koffietijd een oranje tompouce en bij de oranjebitter een schaaltje Willem-chips. We dineren tenslotte met oranjesoep.

Oranjesoep ja.

Een pakket met daarin 3, volstrekt willekeurige, oranje producten van de groente- en fruitafdeling van ’s langs grootste kruidenier. Sinaasappel, wortel én paprika. Het idee alleen al. Doe dan kumquat, pompoen en kiwano. Dat is, behalve óók willekeurig bij elkaar gezocht, een stuk origineler en daarbij ook nog eens educatief verantwoord, want ik durf te wedden dat de meesten van jullie minimaal 2 van deze ingrediënten hebben moeten google-en.

Natuurlijk ontbreken de media ook niet. Een Willemquiz, koningsjournaal, 25 spectaculairste momenten van het koningshuis, compilaties van interviews en ga zo maar door. Natuurlijk heeft iedere omroep ook een blik zogenaamde deskundigen opengetrokken. Als hoogte- of dieptepunt zo je wilt, zag ik Maartje van Wegen al weer voorbij komen.

Je begrijpt, ’t is oranje boven momenteel. En als je maar genoeg met de commercie mee gaat is het ook oranje onder als je het toilet bezoekt. Het liefst zou ik tot ruim na de op handen zijnde abdicatie (ga maar vast oefenen voor het Groot Dictee in december) onderduiken. Maar ja, dan mis ik natuurlijk wel de (voorlopig) laatste koninginnedag. Blijkbaar zit er nog een klein beetje sentiment in mijn kleine teen waardoor ik besluit dat ik dat niet wil missen. We schrijven immers geschiedenis.

Dus met de ijdele hoop dat het volgend jaar beter zal zijn, probeer ik mijn zinnen te verzetten. Ik plof op de bank voor het oranjejournaal en grijp een mandarijntje van de fruitschaal. Want je kunt zeggen wat je wilt maar die is tenminste zo lekker zichzelf gebleven.

vrijdag 19 april 2013

Kip, ik heb je!

Deze column heb ik geschreven voor een columnwedstrijd van GoeieStijl. Bij de wedstrijd hoorde de keuze uit 5 onderwerpen, waarbij ik heb gekozen voor het onderwerp 'help een wereldpobleem oplossen'.
Helaas met deze column niet door naar de volgende ronde, maar toch de moeite waard om met jullie te delen.

Kip, ik heb je!

Of onderstaand probleem een wereldprobleem is; geografisch gezien misschien niet. Maar aangezien wij (Europa en Amerika) zo arrogant zijn om het Oostblok en alles daarachter de 2e, en alles voorbij de straat van Gibraltar de 3e wereld te noemen, geef ik mezelf voor 1 keer de permissie om dit probleem toch als wereldprobleem te benoemen.

Overgewicht. Wij worden steeds dikker. Dikke ouders, dikke kinderen. Dikke mensen zijn allang geen zeldzaamheid meer in onze maatschappij. Nog even en we kunnen bij de meubelhandel, net als bij de hamburgerketens, kiezen uit small, medium en large. Nog een paar jaar en ik vermoed dat we straks ook in bejaardenhuizen toegaan naar grotere bedden, 2 verpleegsters om een patiënt te draaien en XL-stoelen in de eetzaal.

Maar wereld, niet getreurd. Er is een oplossing. De vettax! De vettax is geen taxi voor vette mensen en ook geen zorgpremie berekend naar kilo lichaamsgewicht. (Hoewel ondergetekende dan misschien wel een motivatie heeft enkele kilootjes af te vallen.) De vettax, lieve mensen, is een extra belasting op alle ongezonde producten in de supermarkt, de hamburgerketen en alle andere verkooppunten. Een zak chips kost opeens 50 cent meer, het XL-menu; anderhalve euro extra belasting, die lekkere reep chocolade; kwartje van Schippers.

Goed, en die belasting verdwijnt dan rechtstreeks in de zak van de overheid? Nee! Dat lijkt me nou net niet de bedoeling. Maar hoe dan wel? Laat me even denken. Uhm, uh … Ja! Kip ik heb je! Die centen gaan linea recta weer terug naar de consument en wel op de volgende manier; biokorting.

Lopen we nu nog en masse aan biologisch eten voorbij, kiezen we voor plofkip in plaats van scharrelkip, dat gaat veranderen. Die biologische bloemkool wordt een stuk goedkoper, we kopen bofkip in plaats van plofkip en de snoeptomaatjes en -komkommers snoepen niet meer een groot deel van ons budget op. Want zeg nou zelf, zolang een zak chips goedkoper is dan een doos cherrytomaatjes weet ík wel wat ik kies als ik met een lege maag in de supermarkt sta.

Eerlijk is eerlijk, het is gewoon niet handig om bij gebrek aan zoiets westers als een supermarkt kilometers te moeten lopen voor een kan water, het is hard werken om je eigen mais te verbouwen en je moet hard rennen om je eigen scharrelkip te vangen als je honger hebt; het is wel gezond want daardoor hebben ze, in die -door ons benoemde- 3e wereld, de vettax helemaal niet nodig!